Ha Sjaak! Met deze twee woorden begint Godert geregeld de dag. En nee, hij zegt niet hallo tegen zijn buurman. “Dat is onze kat. Een ontzettend schatje en een beetje een mietje.” Een mietje? “Ja, hij miauwt niet, maar piept altijd. En hij heeft een stom drafje. Maar hij is al-tijd lief.” Een beetje de Fred van Leer onder de katten dus. Ha, bijzonder. “En dan doe ik, samen met Sjaak, een rondje over ons woonerf. Door de frisse lucht, langs onze paarden, geiten, kippen en ezel. Heerlijk vind ik dat. Als ik vrij heb, mag ik graag ‘rammen’ en klussen. Niet met een schoffel, maar gewoon lekker slaan ofzo.” Maxime Hartman, let je op? Een nieuwe kandidaat voor je programma “Meer voor mannen”.
Bourgondiër
In het weekend vind je hem, als het even kan in ons koude kikkerlandje, buiten. Met een bijl of hamer in z’n klauwen. Lekker even alle kantoorstress uit zich slaan. “Ik kan echt genieten van het buitenleven. Klussen klaren. Mooie dingen maken. Om vervolgens ’s avonds met vrienden van speciaalbiertjes te genieten. Bij voorkeur van ons zelf gebrouwde speciaalbiertje, Gleone Tryn. Heerlijk.” Klinkt als een echte Bourgondiër. Als een iets te dikke man met een snor die zijn glas cirkelend door de lucht beweegt, zijn mond tot een tuitje vormt en dan met een bekakte stem zegt: hmm, van een respectabel niveau. “Als het op bierdrinken aankomt ben ik zeker een Bourgondiër. Wanneer ik switch tussen biertjes bijvoorbeeld, moet ik ook even dat prach-ti-ge bierglas omspoelen. Het moet natuurlijk wel goed. Maar wel zonder snor, dikke buik en bekakte stem.”
Besodemieteren
Het moet goed. Niet alleen thuis, maar ook op z’n werk. “Het moet bij mij altijd een 9+ zijn. Dat betekent dat de hoeveelheid werk die je kunt verzetten, ook minder is dan wanneer je een 6 of 7 nastreeft.” Klinkt als een sterk punt, Godert. “Oh, ik heb ook veel zwakke punten hoor, maar je min is ook vaak een plus. Ik kan bijvoorbeeld moeilijk dingen uit handen geven.” Hmm, zo zwak is dat niet als je een f*cking 9+ scoort. Vertel nou eens echt een van je zwakke punten. “Nou, je kunt bij mij veel flikken, maar als je me echt besodemietert, dan gooi ik de deur dicht.” Maak Godert goedzak dus niet boos. “Ook reageer ik vaak nogal secundair, ik laat dingen soms lang ‘op zijn beloop’. Ik denk wel eens: ik moet wat primitiever reageren. Meteen zeggen wat ik er van vind.”
Primitief
Godert mag dan vaak secundair reageren, zijn primitieve reactie is vrijwel altijd enthousiasme. “Door mijn enthousiasme vergis ik me ook wel eens in mensen. Dan blijkt de ander net iets minder fanatiek te zijn als ik en dan raak ik toch een beetje teleurgesteld. Ik ben niet van de kat uit de boom kijken, wil meteen met dingen starten. Dat is gaaf! Dat gaan we realiseren! En dan laat de ander mij soms een beetje zitten. Daar bal ik dan van.” Dat is best een kutgevoel ja. Als de meelifter van vroeger op de middelbare school.
Vrouwen
Had hij maar de gave om mensen eerder door te hebben. “Vrouwen hebben dat. Een zesde zintuig ofzo. Zij kunnen veel beter en sneller de achterliggende boodschap doorzien, verbanden leggen en welke bron en via welke weg een verhaal komt. Dat fingerspitzengefühl.” Mooi woord, fingerspitzengefühl, maar wat bedoel je precies? “Vrouwen kunnen gewoon heel snel iets doorgronden, een soort sociale antenne die ze waarschuwt als er iets niet klopt. Dat vind ik wel knap. Ze onthouden ook alles. Echt, ze hebben een olifantengeheugen. Als ik voor de gein een keer tegen mijn vriendin zeg: je hebt een dikke kont, dan krijg ik dat een half jaar later terug. Dat vind ik dan weer een negatief ding van vrouwen, ze vergeten niets en ze nemen alles letterlijk.” *Alle mannen met een vrouw glimlachen en knikken instemmend* Mannen, high-five. En nu weer aan het werk.